Met de nodige creativiteit heeft Mondial Centrum Verhuizingen uit Maastricht enkele eeuwenoude objecten (waaronder grafzuilen en askisten) uit het Thermenmuseum tijdelijk verhuisd naar de opslag. Vanwege de omvang en het gewicht (soms tot wel 600 kilo) was het een uitdaging om de museale objecten uit het pand te halen. “Hoewel het er van de buitenkant sterk uit ziet, is het materiaal erg kwetsbaar en moet je zeer voorzichtig mee omgaan”, aldus conservator Karen Jeneson.
Het Thermenmuseum is gevestigd in Heerlen en vertelt de bijzondere geschiedenis van de Romeinen in Zuid-Limburg, met als topstuk het Romeinse badhuis (de thermen) van Coriovallum, de Romeinse stad die onder Heerlen verstopt ligt. Dit is het best bewaarde Romeinse badgebouw in Nederland. Daarnaast bestaat de collectie uit 45.000 objecten die een inkijkje geven in het leven van toen.
Nieuwbouw
Het is inmiddels bijna vijftig jaar geleden dat er rondom de restanten van het badhuis een museum werd gebouwd. Na decennia van intensief gebruik is het gebouw toe aan een renovatie. “Om het badhuis en de collectie in de toekomst goed te kunnen behouden moet er een nieuwe vorm van klimaatbeheersing komen. Zeker met de zomers die steeds warmer worden is het belangrijk voor ons om de ruimte koel te kunnen houden. Daarnaast zijn er andere zaken die we aan willen pakken, zo voldoet het qua akoestiek niet meer aan de eisen van deze tijd.”
Momenteel wordt er hard gewerkt aan de voorbereidingen van de nieuwbouw. De voorlopige planning is dat het museum in 2023 de deuren zal sluiten voor de verbouwing en in 2025 weer zal openen. Hoewel het zeker nog ruim anderhalf jaar duurt voordat het museum tijdelijk dicht gaat, is er besloten om deze zomer alvast wat museale objecten te verhuizen naar de opslag, zodat deze waar nodig gerestaureerd kunnen worden. Het gaat dan onder andere om askisten, dorpels, grafzuilen en maquettes.
Museale objecten
Voor deze verhuizing werd Mondial Centrum Verhuizingen benaderd. Het verhuisbedrijf stond bij deze opdracht voor een behoorlijke uitdaging, aangezien het huidige pand niet is ingericht op verhuisbewegingen. Zo is er bijvoorbeeld geen lift waarin demuseale objecten verplaatst kunnen worden. Uiteindelijk werden de stukken via een platform naar de verhuiswagen getakeld. “Archeologische stukken zijn heel kwetsbaar, een stenen askist kan bijvoorbeeld heel broos zijn, na 2000 jaar in de bodem te hebben gelegen. Als je zo’n object tijdens de verhuizing in de lucht ziet hangen, dan is dat zeker een spannend moment. Maar gelukkig is alles goed gegaan. Daar zijn we de verhuizers dankbaar voor”, blikt Karen terug op de verhuizing.
Eerder verzorgde het familiebedrijf verhuizingen voor dit museum en voor Kasteel Hoensbroek (beide onderdeel van de organisatie Historisch Goud). “Het is voor ons prettig om te werken met een partij die bekend is met de gebouwen en waarvan we weten dat ze zich flexibel op kunnen stellen.”
Arthandler
Al drie generaties lang heeft Mondial Centrum Verhuizingen expertise opgebouwd als arthandler: het verhuizen en transporteren van zware stenen objecten uit musea. Zo verhuisde het team eerder sarcofagen van 5000 kilo, askisten en twee complete skeletten van dinosaurussen uit China. Ook heeft het familiebedrijf een keer een complete porseleinen verzameling van Maastrichts aardewerk verpakt in 500 verhuisdozen en naar een andere locatie gebracht. Door deze jarenlange ervaring staat het verhuisbedrijf bekend als expert op dit gebied.
Thermenmuseum
Karen is sinds 2010 werkzaam voor het Thermenmuseum als conservator. Deze baan sloot precies aan op haar studie ‘Provinciale Romeinse archeologie’ aan de VU in Amsterdam en op haar promotieonderzoek naar het Romeinse villalandschap in Noordwest Europa.
Zuid-Limburg behoorde van 50 voor tot circa 450 Christus tot het Romeinse rijk. En hoewel er al vele jaren archeologisch onderzoek wordt gedaan, komen er toch steeds nieuwe inzichten naar voren over de levensstijl, zo ook tijdens het promotieonderzoek. Zo werd er voorheen aangenomen dat de zogenaamde villa’s (grote Romeinse herenboerderijen) enkel werden bewoond door de elite uit Rome. Maar in de meeste van deze Romeinse landgoederen waren van boeren van verschillende rangen en standen en van zowel inheemse als Romeinse komaf. Veel boeren waren legioensveteranen. Ze hadden de Romeinse levensstijl en produceerden graan voor de Romeinse markt. “Waar in het Thermenmuseum voorheen het algemene verhaal over de Romeinen werd verteld, kunnen we nu het verhaal uit deze regio vertellen. Het museum heeft wat dat betreft de laatste jaren duidelijk de rol van kenniscentrum op zich genomen”, aldus de conservator. “We hebben in het museum waanzinnig mooie elementen die laten zien hoe imposant de Romeinse samenleving was in deze streek. Dat maakt mijn werk ook zo mooi: dat we op deze manier het grote publiek deze boeiende verhalen van 2000 jaar geleden kunnen vertellen.”
